REPORTAGE
Hellendoorn: bakermat van ijsbereiding
BEN, JERRY & GERRIT
Tekst Andrew Groeneveld Beeld Bert Janssen
In de schaduw van ijsgigant Ben & Jerry’s in Hellendoorn ligt een knus museum over het leven van ’s lands grootste pionier op ijsgebied: Gerrit Valk. Dat is geen toeval. Zonder Gerrit Valk zou het Amerikaanse ijsmerk nooit een stap in het Overijsselse dorp hebben gezet.
Het Bakkerij en IJsmuseum Gerrit Valk ligt midden in de stille dorpskern van de Twents-Sallandse gemeente en vertelt het bijna vergeten verhaal van een bijzondere industriële geschiedenis. Die geschiedenis wortelt diep in het DNA van deze streek en begint kort voor het einde van de Tweede Wereldoorlog.
Gerrit Valk, een 24-jarige bakkerszoon, neemt dan noodgedwongen de zaak van zijn vader over. Die komt om tijdens een bombardement op Nijverdal. Omstanders treffen op het levenloze lijf een portemonnee, waaruit een briefje steekt. Het is de adressenlijst van de klanten, waar Valk die dag zijn broden bezorgde.
Ondernemer
De jonge Gerrit heeft dus nauwelijks een keus. Gelukkig stroomt in zijn aderen een ruime hoeveelheid ondernemersbloed. Binnen een paar jaar tovert hij de bakkerij van zijn vader om tot een fabriek waar later een van Nederlands meest succesvolle ijsmerken ooit zou worden gemaakt: Caraco.
"1,2,3, je proeft ’t zo, het is ijs van Caraco. Mexicaantje, oranje hoed. Caraco-ijs, geweldig goed, Caraco-ijs, geweldig lekker."
Complete generaties groeien ermee op en zingen de reclamedeun ook vandaag nog moeiteloos mee. Gerrits ijsfabriek explodeert. Niet alleen met Caraco-ijs van een stokje, maar ook met de door Gerrit bedachte boomstam – populair tijdens Kerstdiners - en de caracona, het puntvormige wafelijsje met chocolade dat later beter bekend werd onder de naam cornetto.
Ontdekking
Hoe kwam het dat uitgerekend Gerrit Valk uit Hellendoorn zo succesvol was en telkens op de juiste knoppen wist te drukken? Daarvoor doen we een kleine stap terug in de tijd. Naar de oorsprong van het roomijs. Die ligt in China.
Chinezen ontdekten dat het mengen van blokken ijs en zout leidde tot lagere temperaturen zonder dat de ingrediënten opnieuw bevroren. Met datzelfde chemische proces houden strooiwagens ’s winters de wegen ijsvrij. Handelsreiziger Marco Polo ging er in 1300 met het idee vandoor en introduceerde roomijs in Europa.
Het was lang een luxe lekkernij voor de beter betaalden. Je kon er meestal alleen van genieten aan een hof of later in een van de duurdere horecazaken, die de omslachtige ijsbereiding – lange tijd natuurlijk zonder elektriciteit - aandurfden.
De omslag
Gerrit Valk zorgde kort na de oorlog in elk geval voor de Nederlandse consument voor de omslag. Aanvankelijk reed hij zelf braderieën, kermissen en markten af met een ijskar. Vanwege het succes besloot hij het consumptie-ijs machinaal te gaan produceren. Daardoor kwam het ijs plotseling in grote hoeveelheden beschikbaar.
Met zijn eerste machine draaide Gerrit 4000 ijsjes per dag. Later, rond 1958, tikte hij in Zweden een moderne machine op de kop en maakte hij 4000 ijsjes per uur. In het begin was er een enorme overcapaciteit, het meeste ijs ging in de vriezer. Als het einde van de voorraad in zicht kwam werd de machine weer opgestart.
Gerrit bouwde hard aan een netwerk van verkooppunten. Het aantal verkooppunten voor het ‘De Valk IJs’ (zoals toen de officiële naam was) nam in het hele land razendsnel toe. Talloze snackbars, hotels, lunchrooms en cafetaria’s werden bevoorraad door een compleet wagenpark aan Volkswagenbusjes.
Bakkerij en IJsmuseum Gerrit Valk
De fabriek van Ben & Jerry's in Hellendoorn
Het succes
Een slimme lokale reclameman vertelde Valk in 1964 dat de naam van het ijs verdere groei in de weg zou staan. Het moest iets exotischer worden, een naam die deed denken aan warme oorden.
En zo werd Caraco-ijs bedacht. ‘Cara’ verwees zonder verdere bijbedoelingen naar Caracas, de hoofdstad van Venezuela. Waar ‘co’ voor stond is niet bekend. Vermoedelijk corporatie, maar een afgeleide van ‘ijsco’ kan natuurlijk ook. Het Mexicaantje met de oranje hoed leek als logo uitstekend bij de naam te passen.
Het enorme succes van Caraco-ijs maakte de bouw van een grote fabriek noodzakelijk. In 1974 werd de volledige productie overgebracht naar de nieuwe fabriek aan de Reggeweg, hetzelfde pand waarin Ben & Jerry’s nu gevestigd is.
Het succes trok begin jaren tachtig de aandacht van Unilever, die in 1984 de fabriek van Gerrit Valk overnam. De naam Caraco-ijs verdween na enkele jaren en maakte plaats voor o.a. Ola en Hertog. Sinds 2001 wordt in een volcontinu proces het van oorsprong Amerikaanse ijsmerk Ben & Jerry’s gemaakt, een slordige 75 miljoen liter per jaar voor de West-Europese markt.
Het museum
Gerrit Valk heeft niet lang van de opbrengst en van zijn pensioen kunnen genieten. Al een jaar later overleed hij aan de gevolgen van longkanker.
Zijn zoon Jan was tot 2013 voorzitter van de stichting, die de nalatenschap van de ijspionier beheert. Dat gebeurt vanuit de oude bakkerij en ijsfabriek aan de Dorpsstraat, waar in 1988 het museum gevestigd is.
Naast een nog werkende broodoven, die door vrijwillige bakkers wordt bemand, zijn daar onder meer de oude ijsmachines van Gerrit Valk en volop herinneringen aan Caraco-ijs te zien. Kijk voor meer informatie ook op www.bakkerij-ijsmuseum.nl.
Met dank aan Dini Heuver en André Schuiling namens de Stichting Gerrit Valk’s Bakkerij en IJsmuseum.
Het museum is ieder jaar geopend vanaf de eerste dinsdag in april tot en met oktober. Het adres: Dorpsstraat 49, 7447 CN Hellendoorn.